De ChristenUnie vindt dat de zorg is opgeknipt in eerste, tweede en derde ‘lijn’, maar patiënten kun je niet opknippen. Daarom werken zorgaanbieders aan samenhangende zorgverlening in de regio, bijvoorbeeld georganiseerd in netwerk- of ketenzorg waardoor de patiënt geen last heeft van allerlei overgangen. Er komen regiobudgetten waarin middelen uit de Wlz, Zvw en Wmo worden samengevoegd, ook voor het bevorderen van een gezonde leefstijl, welzijn en positieve gezondheid.
Meerjarige (krimp)contracten in de ziekenhuiszorg worden de norm. De zorg wordt van de tweede lijn verplaatst naar de eerste lijn en het sociaal domein/preventie. De bijbehorende middelen schuiven mee. Hierdoor wordt de zorg dichterbij mensen georganiseerd. Er wordt een nieuw landelijk hoofdlijnenakkoord gesloten met harde afspraken over bovenstaande transformatie van de zorg. Gemeenten, huisartsen, wijkverpleging, geriatrische deskundigen en verpleeghuizen maken voor elke wijk één plan over de organisatie van ouderenzorg. Per wijk is er één herkenbaar en aanspreekbaar wijkverpleegkundig team. De keuzemogelijkheid voor identiteitsgebonden zorg blijft gewaarborgd. Alle zorg voor thuiswonende ouderen wordt voortaan betaald uit de Zvw en Wmo.
Huisartsenpraktijken worden uitgebreid met praktijkondersteuners die zich richten op hulp en ondersteuning bij preventie. Gemeenten worden financieel beloond als zij voorkomen dat ouderen in de Wlz belanden. Op termijn wordt ouderenzorg in één wet ondergebracht. Gezamenlijke besluitvorming tussen specialist en patiënt wordt de standaard in de spreekkamer. Zorgaanbieders en zorgpersoneel kunnen rekenen op samenwerking in de wijk en solidariteit bij de zorg voor patiënten met een complexe zorgvraag. Een wildgroei aan (vaak kleine) aanbieders in vooral de ouderenzorg en ggz werkt daar - zeker in stedelijk gebied - niet aan mee. Vroegtijdige zorgplanning (richting het levenseinde) wordt standaard bekostigd als waardevol onderdeel van zorg aan kwetsbare ouderen en chronisch zieken.
In de spreekkamer komt meer ruimte voor een goed gesprek over behandelopties of niet behandelen. Richtlijnen in de zorg zijn niet alleen gericht op ‘doen’, maar ook op ‘laten’. Overbehandeling vergroot en/of verlengt het lijden van de patiënt. Daarom is overbehandeling niet wenselijk. We gaan experimenteren met populatiebekostiging om regionaal meer voor elkaar te krijgen. Hierbij wordt een budget beschikbaar gesteld aan een zorgpartij die zich vastlegt om in een afgebakende populatie (patiëntengroep of wijk) bepaalde doelstellingen te behalen op het gebied van gezondheid en ervaren kwaliteit van zorg. Het risico wordt hierbij gedeeld: als de doelen worden gehaald tegen lagere kosten, ontvangt de zorgpartij een deel van de opbrengst. De coronacrisis heeft uitgewezen dat digitale zorg een goede vorm van zorg is en tevens tijd en arbeid bespaart. Zolang goede zorg voorop staat en de aandacht voor het menselijk contact niet op de achtergrond raakt, is de partij voor meer zorg op afstand, met name in de chronische zorg (thuismonitoring). De betaling van reguliere en digitale zorg wordt meer gelijkgetrokken.
Zwangerschapsafbreking (in welke vorm dan ook) hoort niet thuis in de huisartsenpraktijk. Dat trekt abortus te veel in de sfeer van het ‘normale medisch handelen’, waar patiënten recht op zouden hebben. De ChristenUnie bepleit gepaste toepassing van palliatieve sedatie (ook in de thuissituatie) en continue bijstelling van richtlijnen, bijscholings- en opleidingsprogramma’s op basis van de meest recente wetenschappelijke inzichten.