Spring naar content

CBb-uitspraak is duidelijke erkenning: NZa en politiek moeten nu doorpakken

De NZa heeft wederom niet aannemelijk gemaakt dat de tarieven voor huisartsenzorg kostendekkend zijn. Dat oordeelde het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) op 18 november in een uitgebreide uitspraak over de tarieven voor 2023, 2024 en 2025. De rechter vernietigt de eerdere NZa-besluiten en verplicht de NZa om binnen zes maanden opnieuw te beslissen. In dit bericht lees je meer over de inhoud van de uitspraak.

Lees hier ook ons bericht van dinsdag 18 november: Rechter geeft ons gelijk: tarieven huisartsenzorg schieten tekort, moeten binnen half jaar worden hersteld.

Rechter oordeelt: tarieven 2023–2025 niet kostendekkend

In de uitspraak concludeert het CBb onder meer dat:

  • de NZa niet aannemelijk heeft gemaakt dat de tarieven kostendekkend zijn;
  • ontwikkelingen in de huisvestingskosten en noodzakelijke uitbreidingsinvesteringen onterecht buiten beschouwing zijn gelaten;
  • de functie en zwaarte van de praktijkhoudend huisarts onjuist zijn gewogen. Met name door de poortwachtersrol te onderschatten;
  • de NZa een ondeugdelijke methode gebruikte voor toerekening van arbeidskosten (NAC). Daarbij blijft de NZa uitgaan van een norm van 36 uur, terwijl de rechter opnieuw benadrukt dat dit niet realistisch is voor het werkpakket van een praktijkhoudend huisarts;
  • de NZa onvoldoende inzichtelijk maakt hoe aannames tot de tarieven leiden.

“In die tarieven is ten onrechte geen rekening gehouden met het feit dat veel huisartsen te krap gehuisvest zijn en dat zij zullen moeten investeren in nieuwe, grotere en of aangepaste praktijkruimte.”

“De opvatting dat een huisarts zich met minder ingewikkelde problemen geconfronteerd ziet omdat de huisarts immers kan doorverwijzen, doet geen recht aan de werkelijkheid.”

“De poortwachtersfunctie is een spilfunctie in het zorgstelsel.”

Belangrijk signaal, maar nog geen oplossing

De LHV ziet deze uitspraak als een belangrijke stap vooruit, maar blijft alert om de volgende redenen:

  • Tarieven worden niet automatisch aangepast
  • Het werk begint nu bij de herbeoordeling door de NZa
  • De NZa heeft nog niet gereageerd op de inhoud van het oordeel
  • Eerdere herbeoordelingen leidden ondanks positieve uitspraken niet altijd tot verhoging, en de laatste keer zelfs tot een daling

Wat moet er nu gebeuren?

De rechter geeft de NZa 6 maanden de tijd. Dat betekent:

  • Een herbeoordeling van tarieven
  • Onderbouwing per kostcomponent (personeel, huisvesting, ICT, praktijkvoering)
  • Transparantie over aannames en berekeningen
  • Aansluiting bij de werkelijkheid van de spreekkamer en de praktijk

De rechter ging niet in op alle aspecten, maar de LHV blijft aandringen op een fundamentele koerswijziging. Dat houdt in:

  • De basishuisartsenzorg (S1) als startpunt van de bekostiging en niet als sluitpost voor de tariefberekening.
  • Weg van historische kosten als norm. Kijk naar data die zeggen wat er nu speelt zodat de huisarts kan handelen.
  • Naar toekomstbestendige financiering die aansluit op IZA, AZWA en de groeiende zorgvraag, inclusief motie-Bushoff
  • Inclusief ruimte voor innovatie, digitalisering, noodzakelijke uitbreiding en modernisering van praktijken

De LHV blijft hierover intensief in gesprek met de NZa en VWS.

Wat betekent dit voor jou persoonlijk?

Deze uitspraak laat zien hoe waardevol het is dat we ons collectief organiseren. Veel argumenten die de rechter nu overneemt, komen rechtstreeks uit de praktijkvoorbeelden, data en signalen die jullie met de LHV deelden.

Financieel gezonde praktijken zorgen voor:

  • Stabiele werkplekken & werkbare werkdruk
  • Voldoende ondersteunend personeel
  • Voorspelbare roosters

De uitspraak raakt de hele basis van de huisartsenzorg, niet alleen de praktijkhouder.

Een gezonde financiering van huisartsenpraktijken betekent directe winst voor het hele team:

  • Meer ruimte om personeel te behouden of aan te trekken
  • Meer realistische tarieven voor personeelsinzet
  • Betere mogelijkheden voor kwaliteit, scholing en samenwerking

Deze uitspraak ondersteunt dus ook jouw werkomgeving.

De rechter erkent expliciet de kosten en druk die praktijkhouders dagelijks ervaren.
Dankzij de ervaringen, capaciteitsknelpunten en huisvestingsproblemen die jullie hebben gedeeld, konden we dit stevig onderbouwen. Deze uitspraak helpt op termijn bij:

  • Een betere dekking van werkelijke kosten
  • Meer realistische tarieven voor personeelsinzet
  • Ruimte krijgen voor investeringen in huisvesting, ICT en personeel

Waarom dit alleen collectief lukt

Je merkt het soms niet, maar een vereniging als de LHV met jou als lid is heel belangrijk.

  • Dit beroep bij de rechter krijgt meer impact door een sterke beroepsvereniging die namens 13.000 huisartsen aan tafel zit.
  • Door onze jarenlange betrokkenheid bij NZa-overleggen kan de LHV veel zaken regelen en bijsturen zonder dat het tot bezwaren en een rechtsgang komt.
  • De input van jou als lid gaf de feitelijke basis waar de rechter nu naar verwijst.

We blijven de komende maanden scherp betrokken

Dit doet de LHV:

  • Analyseert de nieuwe NZa-besluiten zodra die verschijnen
  • Blijft in gesprek met politiek en NZa
  • Stuurt waar nodig op aanvullende beleidsmaatregelen
  • Houdt leden continu op de hoogte

Nieuws

We reageren in dit bericht op de vandaag uitgesproken, definitieve uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb)

Op dinsdag 18 november om 09.45 uur doet het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) uitspraak in de zaken die

Wat verandert er in 2026 voor jouw praktijk? Tijdens het jaarlijkse LHV-webinar Beleid & Bekostiging praten collega-huisartsen, een bekostigingsexpert en