Spring naar content

Handhaving schijnzelfstandigheid: stand van zaken

De aangekondigde handhaving op schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst zorgt voor veel vragen. Zeker nu de datum van 1 januari snel dichterbij komt, vragen veel huisartsen zich af wat concreet voor hen de gevolgen zijn, wat zij moeten doen op de korte termijn, en wat de LHV doet op dit onderwerp.

Wat doet de LHV?

Om met dat laatste te beginnen. We begrijpen goed dat de onzekerheid over de gevolgen van de aangekondigde handhaving voor frustratie zorgt. Daarom zijn we al sinds de aankondiging in gesprek met de Belastingdienst, SZW en VWS over de concrete gevolgen van de opheffing van het handhavingsmoratorium voor de huisartsenzorg. Hiervoor werken we gezamenlijk casuïstiek uit om van de overheid duidelijker te krijgen wanneer er nog wel en wanneer niet als zelfstandige gewerkt kan worden. Daarnaast benadrukken we als LHV steeds de noodzaak van het behoud van een flexibele schil voor ziek, piek en uniek voor de continuïteit van zorg. Onze inspanningen richten zich ook op de inzet van zelfstandigen in de ANW-diensten.

We hopen in ieder geval voor het einde van het jaar, duidelijkheid te kunnen geven over de uitkomst van deze gesprekken.

Wat kan jij doen op korte termijn?

De handhaving per 1 januari 2025 is een feit. Dit betekent niet dat je alles al direct per 1 januari geregeld moet hebben. De modelovereenkomsten blijven nog even geldig en zoals aangegeven zijn we als LHV nog in gesprek over de concrete uitwerking hiervan voor de huisartsenzorg. Wel is duidelijk dat er echt iets gaat veranderen in 2025. Niets doen is daarom echt geen optie meer.   

Voor de korte termijn adviseren we je het volgende:

  • Werk met de door de belastingdienst goedgekeurde overeenkomsten. De modelovereenkomst voor duurwaarneming en voor incidentele waarneming zijn nog geldig tot september 2026; de modelovereenkomst voor praktijkmedewerking is geldig tot oktober 2025.
  • Zorg er wel voor dat je daadwerkelijk werkt zoals vastgelegd in de modelovereenkomst. Controleer of de wijze van uitvoering van de overeenkomst in overeenstemming is met de daarin opgenomen afspraken, dat met de juiste versie van de overeenkomst wordt gewerkt en er in de dagelijkse uitvoering geen regels of verplichtingen worden opgelegd die eigenlijk alleen van toepassing zijn op werknemers. De Belastingdienst beoordeelt altijd de feitelijke manier van werken.
  • Voor praktijkhouders: Ga met ondersteunend personeel geen zzp-constructie aan. Voor deze medewerkers zijn er geen goedgekeurde modelovereenkomsten beschikbaar. Dit geldt ook voor het werken met een basisarts. Alleen de inzet van een praktijkmanager kan mogelijk in een zzp-constructie.
  • Denk na over je toekomst. Wil je als waarnemer blijven werken, bedenk dan hoe je dat in de toekomst wilt, mag en kunt doen. Hecht je aan werken met een vaste patiëntenpopulatie: kijk dan naar de mogelijkheden voor loondienst en praktijkhouderschap. Ben je praktijkhouder: bedenk hoe je je huisartsenteam in je praktijk wilt invullen, met (meer) huisartsen in loondienst, met een uitbreiding van je maatschap of een tussenvorm. Ga hierover in gesprek met elkaar.

De LHV is bezig met de ontwikkeling van een aantal producten om jou te ondersteunen in dit proces. Ook werken we een aantal situaties (‘persona’s) uit aan de hand waarvan jij een afweging kan maken tussen verschillende werkvormen.

Veelgestelde vragen

Tijdens het webinar in oktober is een groot aantal vragen gesteld. Over het gebruik van de modelovereenkomsten, de handhavingscriteria, hoe je kan inschatten of er sprake is van schijnzelfstandigheid, of je nog een zzp-er mag inhuren voor een zwangerschapsverlof etc. In bijgevoegde Q&A vind je de antwoorden op deze vragen. We zullen deze Q&A de komende tijd steeds aanvullen met nieuwe vragen en antwoorden.

We houden je op de hoogte!

Zodra we meer kunnen melden over de uitkomst van onze gesprekken met VWS, de Belastingdienst en SZW zullen we je daar direct over informeren. Op onze themapagina Zelfstandigenbeleid kan je altijd de laatste stand van zaken vinden op dit dossier. Ook houden we je hier op de hoogte van de (lobby)inspanningen van de LHV op dit dossier.

Verder werken we aan informatie om jou te helpen een afweging te maken hoe je in de toekomst aan het werk kunt.

Over de opheffing handhavingsmoratorium

Vanaf 1 januari 2025 wordt het handhavingsmoratorium opgeheven. In de praktijk betekent dit dat de Belastingdienst tijdens controles werkgevers naheffingen voor sociale premies kan opleggen als er binnen bedrijven en organisaties sprake is van schijnzelfstandigheid. Zelfstandigen raken bij constatering van schijnzelfstandigheid met terugwerkende kracht hun zelfstandigenaftrek kwijt.

Tot 1 januari 2025 geeft de Belastingdienst nog eerst een aanwijzing/waarschuwing, na 1 januari 2025 zal er direct teruggevorderd worden. Naheffingen kunnen tot maximaal 5 jaar terug worden opgelegd. Er kan niet verder terug worden gecorrigeerd dan tot 1 januari 2025, de datum van de opheffing.

Daarnaast kan de Belastingdienst boetes opleggen. Dat  zal in 2025 nog niet gebeuren als je kunt aantonen dat je je actief inzet om schijnzelfstandigheid tegen te gaan.  Vanaf 2026 zijn vergrijp- en verzuimboetes mogelijk.

Nieuws

Met de aangekondigde handhaving op schijnzelfstandigheid is het goed om na te denken over hoe je in de toekomst wil

Sinds de aankondiging van de overheid dat de Belastingdienst per 1 januari 2025 de wet DBA gaat handhaven, is er

We kijken terug op een geslaagd webinar zelfstandigenbeleid. Inmiddels hebben al meer dan 4900 mensen het webinar bekeken (live en