Spring naar content

Guus Jaspar, algemeen bestuurslid

‘We moeten ons vak aantrekkelijk houden voor de nieuwe generatie’

Guus Jaspar heeft samen met twee collega’s een groepspraktijk in Terneuzen. Hij heeft jarenlange ervaring met lokaal en regionaal bestuurswerk en is ook kaderhuisarts beleid en beheer. In juni 2019 werd hij lid van het bestuur van de LHV. Voordat hij lid werd van het bestuur van de LHV, was hij medisch directeur (parttime) van zorggroep Cohesie in Venlo. 

Wat vind je het mooist aan het huisartsenvak?

“Het mooiste onderdeel van het vak vind ik verloskunde. Misschien ook omdat ik eerst gynaecoloog wilde worden. Maar tijdens mijn diensttijd in het hospitaal op vliegbasis Gilze-Rijen had ik een geweldige begeleider die mij op het spoor van de huisartsenzorg heeft gebracht.

Een paar jaar geleden hebben we als praktijk om allerlei redenen besloten die zorg niet meer te bieden, maar ik vond de begeleiding van zwangerschappen en bevallingen fantastisch. Zoveel kracht, zoveel puurheid, tijdens een bevalling zie je een vrouw op haar aller-echtst. Het feit dat je daar bij bent, zorgt voor een heel speciale band. Het gebeurt geregeld dat een vrouw met een kind de spreekkamer binnenstapt en tegen het kind zegt: dit is de dokter die jou als eerste heeft gezien. Dat is heel gaaf. Eigenlijk mis ik dat onderdeel nog steeds.”

Waarom ben je bestuurslid geworden en wat wil je bereiken?

“Ik ben meer en meer geïnteresseerd geraakt in de grote thema’s die er in de huisartsenzorg spelen: de stijgende werkdruk van huisartsen, de knelpunten rond de avond-, nacht en weekendzorg en het knellende huisartsentekort op het platteland. Daar moeten we echt wat aan doen, om te zorgen dat het vak in de toekomst aantrekkelijk blijft. De wensen van de jongere generaties huisartsen zijn nu eenmaal anders dan de wensen van huisartsen die twintig, dertig jaar geleden begonnen. We moeten andere oplossingen en nieuwe manieren vinden om huisartsen te faciliteren. Het is ook de enige manier om het huisartsentekort op het platteland op te lossen.”

Wat is jouw valkuil als bestuurder?

“Mijn valkuil is dat ik altijd heel veel kansen zie, duizend dingen tegelijk wil doen en ver vooruit kijk. Als iemand iets uitlegt, weet ik na een paar zinnen al wat er komt en hoe dat eruit gaat zien. Ik moet geduld hebben en vooral niet te ver voor de troepen vooruit lopen. Om succesvol te zijn, moeten we gezamenlijk stappen zetten.”

Wat doe je om fit te blijven?

“Hardlopen. Liefst drie keer per week, maximaal 15 kilometer; daar ligt mijn fysieke grens. Hardlopen helpt me om mijn hoofd leeg te maken, maar ook om tot oplossingen en ideeën te komen. Als ik hoofdpijn heb, gaat dat over door hard te lopen. Het prettige is dat je het altijd en overal kunt doen. Een andere hobby is kunstfotografie. Ik verzamel er boeken over en ga naar tentoonstellingen. Het levert me inspirerende contacten op, ook in het buitenland. Ik geniet ervan omdat het zo totaal anders is dan waar ik me normaal mee bezig houd.”