Spring naar content

Ggz in de praktijk

Goede zorg aan je patiënten met psychische klachten is een groot deel van je vak. Wat kunnen jij en je POH-ggz zelf doen? En wanneer verwijs je door? En wat als je stuit op wachtlijsten, of niet kunt doorverwijzen? Hier vind je uitleg, instrumenten, ons standpunt en inzicht in samenwerkingsafspraken met andere beroepsgroepen.

Aanbod huisartsenzorg voor patiënten met psychische problematiek

De zorg en begeleiding voor mensen met psychische problematiek in de ggz staat onder druk. En die druk voel je ook als huisarts. Wij vinden het belangrijk om duidelijk vast te stellen wat je als huisarts en POH-ggz wel en niet doet voor patiënten met psychische klachten. Wat valt er onder het basisaanbod? En wanneer verwijs je door? We zetten het kort voor je op een rij. Bekijk hier het complete Aanbod huisartsenzorg voor patiënten met psychische problematiek, met alle informatie en randvoorwaarden.

Je hebt als huisarts een sleutelrol voor je patiënten met psychische klachten, als vertrouwensarts, eerste aanspreekpunt, poortwachter en behandelaar. Veel psychische klachten worden immers als eerste aan je gepresenteerd.

Je levert basis huisartsgeneeskundige zorg aan je patiënten met psychische, psychosomatische, of psychosociale problematiek. Je maakt een inschatting van de aard en ernst van de problematiek van jouw patiënt. Zo mogelijk behandelt en begeleidt je – met ondersteuning van de POH-ggz – de patiënt zelf binnen de huisartsenzorg. Dat geldt voor patiënten met lichte en veelvoorkomende aandoeningen. Wat betreft psychische en sociale problemen zijn dat in de huisartsenpraktijk vooral angstklachten en depressieve gevoelens. Patiënten met meer complexe psychische aandoeningen verwijs je – in overleg met de patiënt – door naar andere zorgverleners in de basis ggz of gespecialiseerde ggz.

Uitgangspunt is dat je alléén huisartsenzorg biedt. Niet meer en niet minder, ook voor je patiënten met een psychische klacht of aandoening.

Bekijk ook het NHG-dossier over ggz.

Je kunt ervoor kiezen om in de praktijk binnen de huisartsgeneeskundige zorg, aanvullend aanbod te organiseren voor jouw patiënten met psychische problematiek. Dat kan op twee manieren:

  • Programmatische zorg voor patiënten met specifieke psychische klachten, of aandoeningen. Zoals voor patiënten met een matig ernstige depressie, of angststoornis (bijvoorbeeld ondersteunende gesprekstherapie).
  • Begeleiding van chronische psychiatrische patiënten in een stabiele fase, in nauw overleg met de behandelaar in de basis of gespecialiseerde ggz. Hierbij zijn randvoorwaarden essentieel, zoals goede samenwerkingsafspraken met de ggz. Zodat bij verergering van de klachten of crisis, onmiddellijke consultatie of behandeling binnen de ggz mogelijk is. Ben of voelt je je onbekwaam om de begeleiding van deze patiënt(en) op je te nemen? Dan verwijs je voor de begeleiding door naar de ggz.

De POH-ggz heeft een belangrijke rol bij de uitvoering van aanvullend aanbod.

Het aantal patiënten met (licht) psychische klachten neemt de laatste jaren sterk toe. Daarom werken jullie intussen bijna allemaal met een POH-ggz in het team. Naar grote tevredenheid!

De POH-ggz biedt huisartsenzorg aan patiënten met lichte ggz-problematiek. Dat gebeurt volgens de richtlijnen van het NHG. Daardoor kun je veel meer patiënten laagdrempelig helpen, in de huisartsenpraktijk. Bekijk hier het functieprofiel POH-ggz.

De POH-ggz kan bijvoorbeeld ondersteuning bieden bij:

  • Probleemverheldering
  • Opstellen en bespreken vervolgstappenplan
  • Geven van psycho-educatie
  • Begeleiding of ondersteuning van zelfmanagement
  • Interventies gericht op verbetering in functioneren van de patiënt
  • Geïndiceerde preventie
  • Zorggerelateerde preventie
  • Terugvalpreventie

Het is belangrijk dat de POH-ggz enkel huisartsenzorg biedt, ook aan patiënten met psychische klachten. Wees daar als begeleidend huisarts alert op. Wanneer een POH-ggz de grenzen van huisartsenzorg overschrijdt, zitten daar risico’s aan. Je bent als supervisor dan verantwoordelijk en aansprakelijk.

Omdat de functie van POH-ggz zich de laatste jaren snel heeft ontwikkeld, krijgen wij regelmatig vragen over de rol en juridische aspecten. In deze video leggen we het je uit (accepteer cookies om de video te bekijken):

Nieuwe categorieën ggz complexiteit – geen consequenties voor huisartsen

Per 1 januari 2022 wordt het Landelijk Kwaliteitsstatuut GGZ (LKS) geïmplementeerd. Het LKS beschrijft kwaliteitsnormen waaraan GGZ-aanbieders in de curatieve GGZ moeten voldoen. Het LKS onderscheidt vier categorieën complexiteit van situaties (A, B, C en D) waartoe een zorgproces kan behoren. Er wordt onderscheid gemaakt tussen laagcomplexe en hoogcomplexe problematiek en laagcomplex en hoogcomplex zorgaanbod. De implementatie van het LKS en de indeling in complexiteit zijn alleen van toepassing op de GGZ en hebben geen gevolgen voor de huisartsenzorg. Voor huisartsen blijven de reeds bestaande verwijsafspraken met de GGZ van toepassing .

Als je patiënt meer nodig heeft dan huisartsenzorg, verwijs je door naar maatschappelijk werk, de generalistische basis ggz, of de gespecialiseerde ggz. Bekijk hier de richtlijnen voor samenwerking tussen huisartsen en ggz, die het NHG samen met de ggz-partijen heeft opgesteld. Deze richtlijn is ook een goed uitgangspunt voor een regionaal gesprek tussen huisartsenzorg en ggz partijen.

Voor verwijzing naar de ggz geldt:

  • Je maakt bij verwijzing de inschatting of de patiënt het beste geholpen wordt in de generalistische basis ggz, of in de gespecialiseerde ggz. En je verwijst naar de betreffende zorgaanbieder.
  • Voor de ggz hoef je geen indicatie voor de zorgzwaarte te geven. Je hoeft als huisarts dus niet aan te geven of een patiënt een kort, middel, intensief of chronisch traject in de ggz nodig heeft. Die inschatting maakt de zorgverlener in de ggz.
  • Als de patiënt wordt overgedragen van de generalistische basis ggz, naar de gespecialiseerde ggz – en omgekeerd – is daarvoor geen doorverwijzing van je als huisarts nodig. Een melding aan jou volstaat.

Verwijs je een patiënt door naar de ggz, maar is er een wachtlijst? Jouw patiënten kunnen dan bij hun zorgverzekeraar terecht, voor zorgadvies en wachtlijstbemiddeling. De zorgverzekeraars zijn daarvoor een gezamenlijk platform gestart: www.mijnzorgverzekeraar.nl. Je kunt patiënten daarnaar verwijzen.

Verwijsbrief
Het NHG heeft een richtlijn voor informatie-uitwisseling tussen huisarts een ggz. Het is van belang dat je als huisarts een duidelijke vraag formuleert aan de ggz, zie daarvoor de richtlijn voor de inhoud van de verwijsbrief. In de digitale envelop die daarbij hoort staan de gegevens die nodig zijn voor de ggz-aanbieder en de zorgverzekeraar voor de administratieve afhandeling. De zorgverzekeraar heeft dus niet de gehele verwijsbrief nodig.

Het NHG organiseert met Zorgdomein de invoering van de envelop en verwijsbrief in alle HIS’en. Veel velden worden dan automatisch door het HIS ingevuld.

Het kan ingewikkeld zijn wanneer je als huisarts vervolghulp zoekt voor een patiënt bij wie zowel psychische problemen als problemen met middelengebruik spelen. Hoe krijgt de patiënt de juiste hulp voor beide problemen? En naar welke instantie moet je dan eerst verwijzen: de verslavingszorg of de ggz?

We horen ook dat verslavingszorg en ggz-instellingen daarbij soms naar elkaar verwijzen of onterecht de patiënt terugverwijzen naar de huisarts. In de ‘stuurgroep Toegankelijkheid en wachttijden ggz’ hebben we daarom een factsheet ontwikkeld om duidelijk te maken waarnaar te verwijzen en wie de zorg dan oppakt. Het is een hulpmiddel voor jou als huisarts dat laat zien welk verwijsadvies passend is bij de verschillende typen middelengebruik en psychische problematiek.

Ook kun je de zorgaanbieder waarnaar je verwijst wijzen op dit hulpmiddel, mochten zij de zorg ten onrechte niet oppakken, terwijl dat wel de bedoeling is.

Download het Hulpmiddel verwijzing bij middelengebruik en psychische problematiek

Afspraken over de ggz in het Integraal zorgakkoord

In het Integraal Zorgakkoord hebben we afspraken gemaakt over het verbeteren van de samenwerking sociaal domein, huisartsenzorg en ggz. Daarin zijn onder andere de volgende afspraken gemaakt:

  • Er moet betere samenwerking komen in de driehoek sociaal domein-huisartsenzorg-ggz om een patiënt sneller op de juiste plek te krijgen.
  • In de komende 5 jaar moet er een landelijk dekkend netwerk komen van laagdrempelige steunpunten voor mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA) te realiseren, waar huisartsen een aanspreekpunt hebben.
  • Er wordt ingezet op een forse daling van de wachttijden in de ggz. Onder andere door snellere en betere triage, beter wachtlijstoverzicht en minder instroom van lichte klachten en sociale problematiek in de ggz.
  • Er worden mentale gezondheidscentra opgezet, waar patiënten die door de huisarts verwezen worden binnen 2 weken kunnen worden gezien. Als blijkt dat  zorg vanuit de ggz nodig is voor de patiënt neemt de ggz binnen 4 weken de verantwoordelijkheid overneemt van de huisarts .
  • Er moeten regionale samenwerkingsafspraken worden gemaakt over intercollegiaal overleg en consultatie: hoe en wanneer kunnen sociaal domein, huisartsenzorg en ggz van elkaars expertise gebruik maken. Huisartsen moeten direct contact kunnen hebben met de behandelaren in de ggz van hun patiënten.
  • Er komt een telefonische hulplijn voor huisartsen in de avond-, nacht- en weekenduren, zodat er een 24 uurs bereikbaarheid is van de ggz-instelling voor huisartsen. Deadline hiervoor is 2024.
  • Per 2024 wordt het maximumaantal uren POH-ggz per normpraktijk verhoogd (met 4 uur) in segment 1. Ook staat hier expliciet bij dat de POH huisartsenzorg is.

Als LHV zijn we actief betrokken bij het verder uitwerken van deze afspraken en zorgen dat ze worden nagekomen. We houden jullie via de website op de hoogte van de voortgang hierop.

Verwijsafspraken met de ggz

Sinds 2020 zijn de verwijsafspraken voor geestelijke gezondheidszorg gewijzigd. Deze afspraken zouden er toe moeten leiden dat er minder vaak een beroep wordt gedaan op de huisarts om een verwijzing naar de ggz te herhalen.

De afspraken zijn gemaakt in het kader van ‘Ontregel de zorg’ en zijn bedoeld om de administratieve lasten voor ggz-behandelaars te verlagen. Ook zou de druk op de huisarts hierdoor moeten verminderen.

Wanneer is een verwijzing van de huisarts noodzakelijk?

  • Je verwijzing is nodig in de volgende situaties:
    • Bij de start van diagnostiek en behandeling in de generalistische basis-ggz dan wel gespecialiseerde ggz.
    • Bij de gespecialiseerde ggz: bij een terugval van dezelfde zorgvraag na 365 dagen.
    • Bij de generalistische basis-ggz: na het verstrijken van 365 dagen in zorg (met uitzondering van chronische patiënten) en wanneer sprake is van een nieuwe zorgvraag.
  • De wachttijd voor de patiënt tussen het moment van aanmelden bij de ggz-aanbieder en de intake bij de ggz-aanbieder heeft geen invloed meer op de geldigheid van de verwijzing door de huisarts. De enige termijn die hierin nog speelt, is tussen het moment van het geven van de verwijzing en het moment dat de patiënt zich aanmeldt bij de ggz-aanbieder. Tussen het schrijven van de verwijzing en het aanmelden mag niet meer dan 9 maanden (275 dagen) zitten.
  • Bij doorverwijzing binnen de ggz hoeft de huisarts geen verwijsbrief te maken.
  • Er staat ook duidelijker in beschreven dat de ggz de huisarts op de hoogte zal brengen wanneer zij bij een patiënt een behandeling start en beëindigt, en in sommige situaties ook tussentijds.

Een ggz-behandelaar zou dus alleen in de hierboven genoemd situaties huisartsen kunnen vragen om een verwijzing. Word je toch in een andere situatie gevraagd om een (nieuwe) verwijzing te maken? Meldt dan aan de ggz-behandelaar dat dat volgens deze afspraken niet meer hoeft. Alle ggz-aanbieders vallen onder deze afspraken.

Deze afspraken zijn een vervolg op de eerdere gemaakte afspraken uit 2017, van de branche- en beroepsverenigingen uit de ggz en uit de huisartsenzorg en de zorgverzekeraars.

Wachttijden in de ggz

Er zijn nog altijd lange wachttijden voor patiënten die zorg nodig hebben van de ggz. Dit heeft ook impact op de huisartsenzorg. Patiënten die op de wachtlijst staan, komen vaak bij de huisarts en/of poh-ggz om die wachttijd te overbruggen. Dat gaat weer ten koste van de tijd die beschikbaar is voor patiënten met lichte psychische klachten die binnen de huisartsenpraktijk kunnen worden geholpen.
Voor huisartsen is niet altijd bekend welke zorg wel beschikbaar is bij welke ggz-aanbieder en waar de wachttijden het kortste zijn, zodat ze daar in een verwijzing op kunnen inspelen. Het is belangrijk dat daar verbetering in komt.

In alle regio’s werken taskforces aan de lokale problemen met wachtlijsten. Het regionale gesprek tussen huisartsen, ggz-aanbieders, patiënten en zorgverzekeraars is een belangrijke manier om de samenwerking te verbeteren.

Visie op psychische zorg in de huisartsenpraktijk

In de visie ‘Huisartsenzorg voor mensen met psychische problematiek’ van LHV, NHG en InEen beschrijven we wat de huisartsenzorg kan bieden aan patiënten met veelvoorkomende, mildere psychische problematiek. Daarnaast beschrijven we wat de huisartsenzorg nodig heeft om ook de komende jaren in samenwerking met andere zorgaanbieders goede psychische zorg te kunnen blijven bieden. We beschrijven waar we huisarts en POH-GGZ goed in zijn en nadrukkelijk ook waar de grenzen liggen van de huisartsenzorg: daar waar anderen zoals ggz en het sociaal domein de juiste partij zijn om de zorg op te pakken.

De huisartsenzorg voor mensen met psychische problematiek is een belangrijk deel van het werk van de huisarts, vaak met ondersteuning van een POH-GGZ.

Als de huisarts en/of POH-GGZ een hulpvraag van een patiënt niet zelf kunnen beantwoorden – omdat deze te complex is of voortkomt uit andere, sociale problemen – is goede samenwerking en netwerkvorming met het sociaal domein en de ggz onmisbaar.

Voor die samenwerking is het belangrijk dat de basis op orde is: helderheid over elkaars rol, duidelijke afspraken over de samenwerking en voldoende verwijscapaciteit. We moeten de beschikbare capaciteit en deskundigheid zo efficiënt mogelijk in te zetten.

Met deze visie geven we de richting aan die we op moeten voor goede zorg voor mensen met psychische problemen. We gebruiken deze visie als leidraad in onze contacten met de ggz-sector, de gemeenten, VWS en zorgverzekeraars. Regionaal en lokaal kunnen huisartsen aan de hand van deze visie invulling geven aan hun rol in deze zorg en aan hun samenwerkingsafspraken met sociaal domein en ggz-aanbieders in hun regio.

Onze standpunten en acties

We werken nauw samen met het NHG en InEen op het onderwerp ggz. Wij stemmen informatie en standpunten met elkaar af. Zo hebben we samen met hen onze visie op de huisartsenzorg voor mensen met psychische problematiek geschreven. Daarin kun je lezen hoe wij aankijken tegen de rol van de huisarts en de poh-ggz in deze zorg en hoe de samenwerking met andere zorgaanbieders zou moeten plaatsvinden.

We gebruiken deze visie om de beleidsmakers in Nederland te laten weten wat er voor huisartsen belangrijk is in de zorg voor mensen met psychische klachten.

Huisartsen werken intussen bijna allemaal met een POH-ggz in het team. Naar grote tevredenheid! Daarbij vinden wij het belangrijk dat de POH-ggz bij het inschatten van psychische klachten en het verwijzen – net als jij – volstrekt onafhankelijk blijft van zorgaanbieders waarnaar mogelijk wordt verwezen.

Voldoende capaciteit is nodig
Er zijn meer mensen met psychische klachten en aandoeningen die een beroep doen op de huisartsenzorg. Dat betekent dat je voldoende uren ondersteuning door de POH-ggz nodig hebt, passend bij de omvang van uw patiëntpopulatie. Om te berekenen wat je nodig hebt, kun je onze praktische POH-ggz rekenmodel gebruiken. Alleen met voldoende capaciteit kun je kwantitatief meer patiënten met psychische klachten binnen de vertrouwde huisartsenpraktijk opvangen.

Samen kunnen huisarts en POH-ggz heel veel doen voor patiënten, maar dat kent grenzen. Daarbij blijven we benadrukken dat ook de POH-ggz enkel huisartsenzorg kan bieden. Bekijk hier nogmaals de afbakening van taken in het functieprofiel POH-ggz.

We vinden het belangrijk dat de POH-ggz laagdrempelig toegankelijk blijft. Dat kan alleen als de ggz ook voldoende capaciteit heeft, om jouw patiënten met meer complexe problematiek die de huisartsenzorg te boven gaat, goed en tijdig op te vangen bij een doorverwijzing.

Wat doen we voor jou?
We communiceren over het belang van de functie van POH-ggz, binnen de grenzen van de huisartsenzorg en op basis van de NHG richtlijnen. Daarmee temperen we ook de verwachtingen van de POH-ggz die er zijn naar buiten toe.

In alle regio’s werken taskforces aan de lokale problemen met wachtlijsten. Het regionale gesprek tussen huisartsen, ggz-aanbieders, patiënten en zorgverzekeraars is een belangrijke manier om de samenwerking te verbeteren.

Een goed voorbeeld is Flevoland, waar de afspraak is gemaakt om iets te doen aan stapeling van wachttijden en onvoldoende doorstroom. Daar wordt iedere verwijzing van een huisarts binnen twee weken gecheckt. Is de patiënt in de betreffende instelling niet op de juiste plek? Dan wordt dat meteen gemeld aan de huisarts en wordt patiënt op de juiste plek geplaatst. Mét meenemen van de wachttijd.

Bij de LHV krijgen we echter ook met enige regelmaat signalen van huisartsen die patiënten niet verwezen krijgen. Vooral patiënten met specifieke aandoeningen, zoals bepaalde autistische stoornissen, moeten vaak maanden wachten.

Wat doen we voor jou?
We zitten in de Stuurgroep Wachttijden ggz. Daarin brengen wij steeds nadrukkelijk het perspectief van de huisarts in om helder te maken waar je tegenaan loopt.

Huisartsen die dat willen, kunnen de begeleiding van chronische psychiatrische patiënten in een stabiele fase op zich nemen. Daarbij blijven wij benadrukken dat huisartsen die zich onbekwaam voelen – of onbekwaam zijn – dit niet moeten doen. Hetzelfde geldt voor huisartsen met onvoldoende capaciteit (bijvoorbeeld te weinig ondersteunende uren van de POH-ggz). In dat geval wordt de begeleiding binnen de ggz gedaan.

Patiënten met een chronische psychiatrische aandoening

Je kunt een patiënt met ernstige psychische problematiek begeleiden die na een behandeling door een specialist goed is ingesteld en stabiel is. Deze begeleiding is basis huisartsenzorg maar kan alleen worden geboden onder een aantal voorwaarden. Voorwaarde is dat je de patiënt meteen terug kunt verwijzen naar de gespecialiseerde ggz als zich opnieuw problemen voordoen. Dat kan alleen als er een afspraak is dat een patiënt zonder wachtlijst kan worden terugverwezen. Hiervoor moet een afspraak worden gemaakt met de ggz-instelling. En het medicatiebeleid moet duidelijk zijn. Dit werkt net als in de somatiek: hartpatiënt krijgt na behandeling door cardioloog en een stabiele periode met begeleiding door de huisarts opnieuw acute ernstige hartklachten, huisarts verwijst terug naar de cardioloog.

Ben je of voel je je onbekwaam om de begeleiding van deze patiënt op zich te nemen, dan wordt de begeleiding binnen de ggz gedaan. Dat geldt ook voor het voorschrijven van medicatie zoals antipsychotica en lithium, dat doe je alleen als je je daartoe bekwaam acht en er goede samenwerkingsafspraken zijn met de ggz.

Jouw begeleiding is vraaggestuurd (reactief): op basis van de vraag van de patiënt kun je zorg bieden. Komt de patiënt niet naar het spreekuur dan roep je de patiënt niet proactief op. Wel bied je uiteraard de huisartsenzorg zoals beschreven in de NHG-richtlijnen en vraag je patiënten bij je terug te komen als je dat noodzakelijk acht. Je kunt niet alle patiënten in beeld hebben die langdurig zijn opgenomen. Wat de ggz-patiënten betreft is er in de ernstig psychiatrische groep soms ook sprake van zorgmijdend gedrag, waardoor je hen lang niet altijd in beeld zult hebben.

Wetten ggz

Welke wetten zijn van invloed op jouw werk als huisarts? We lichten het hier toe voor thema ggz.

Vanaf 1 januari 2021 hebben mensen die vanwege hun psychiatrische stoornis blijvend behoefte hebben aan permanent toezicht – of aan 24 uur per dag zorg in de nabijheid – recht op zorg uit de Wet langdurige zorg (Wlz). Deze patiëntengroep woont in toenemende mate geclusterd in een (kleinschalige) woonzorginstelling. In onze LHV-leidraad Patiënten met psychiatrische stoornis met Wlz-indicatie lees je waar je als huisarts rekening mee moet houden en welke keuzes je hebt.

Als je in jouw praktijk patiënten hebt met een psychische aandoening, kun je te maken krijgen met de wet rond ‘onvrijwillige zorg’. Deze wet regelt de voorwaarden waaronder tegen iemands wil in zorg verleend mag worden. Onvrijwillige zorg is geen huisartsenzorg. Bij thema Onvrijwillige zorg lees je wat deze wet betekent voor je werk als huisarts en wat de LHV hierin doet.

Meer nieuws

In de rubriek ‘Wat zeggen de politieke partijen over…’ lichten we elke week een onderwerp uit waarvoor de LHV steeds

Voor veel huisartsen is het herkenbaar: je hebt een patiënt die urgente zorg nodig heeft in de ggz, maar je

Wat zijn de vraagstukken waar je als huisarts mee te maken hebt bij patiënten met psychische klachten? Wat zijn de